Gemeenten houden niet van paarden – Deze stelling durven wij wel te poneren na 20 jaar advieservaring. De mooiste initiatieven struikelden al bij het begin. Paardencoaching, paardenhouderijen, maneges, paarden achter een woning, enz. Vaak combinaties van het houden van paarden en bijvoorbeeld coaching. Van professioneel tot hobbymatig, er komt van alles voorbij. Bij het woord ‘paard’ ontstaat een Pavlov-reactie bij de gemeente: niet meewerken. Dat is jammer, want er zitten mooie initiatieven tussen.
Waar ligt dat aan? Zijn het de witte hekken die we lelijk vinden in het landschap? De paardenbakken? Het loopt vaak ook vast op de nauwe begrippen die gehanteerd worden in bestemmingsplannen. Het zijn traditionele begrippen die niet meer goed werken voor de praktijk. Of je houdt paarden of je fokt paarden. Een paardenfokkerij valt meestal onder het begrip ‘agrarisch bedrijf’ van een bestemmingsplan. Een paardenhouderij niet. De praktijk is weerbarstig, niet zwart-wit en er zijn tal van gemengde varianten.
Paarden in omgevingsplan – Het omgevingsplan richt zich op activiteiten. Of het nu hobbymatig is of bedrijfsmatig doet er niet toe. Het gaat om de aard, omvang en intensiteit van al die activiteiten samen omtrent paarden en de impact die dat heeft op de fysieke leefomgeving. Het houden van paarden en berijden van paarden kan voorkomen bij woonactiviteiten in de bebouwde kom, maar ook in het buitengebied. Dat maakt natuurlijk wel uit. In het buitengebied is meer fysieke ruimte en veroorzaakt men doorgaans minder overlast op de fysieke leefomgeving.
Paarden en woonactiviteiten
Het komt voor dat iemand paarden houdt achter een woning. Dat is meestal in een schuurtje achterin een weide bij de woning. Het gaat meestal om zo’n 3 à 4 paarden. Bij de beoordeling ervan gaat het om de aard, omvang en intensiteit van die activiteiten als geheel op de woonomgeving. Niet of het hobbymatig is.
We kunnen in die zin ook bij het opstellen van een omgevingsplan nog steeds uitgaan van de huidige jurisprudentie van de Afdeling als het gaat over paarden in een woonomgeving. In een uitspraak van 14 september 2022, no. 202004905/1/R2 wordt overwogen: “(…) hangt het van de specifieke omstandigheden van het geval af of het houden van paarden in overeenstemming is met de woonbestemming. Daarbij is bepalend of de ruimtelijke uitstraling die dat gebruik gezien zijn aard, omvang en intensiteit heeft, van dien aard is dat deze planologisch gezien niet meer valt te rijmen met de woonfunctie van het betrokken perceel. Of de activiteit een inrichting in de zin van artikel 1.1, eerste lid, van de Wm is, is daarvoor niet bepalend. Het enkele feit dat de mestput een inrichting is, is dus geen reden om te oordelen dat er strijd met de woonbestemming is.”
Laat onderscheid ‘agrarisch’ of ‘niet-agrarisch’ los voor paardenfokkerijen en -houderijen en maneges
Paardenfokkerijen en -houderijen en maneges behelzen over het algemeen activiteiten die in totaliteit afgewogen een grotere impact hebben op de fysieke leefomgeving dan het voorbeeld dat daarvoor staat genoemd. Er is meer ruimte nodig, meer stallen en vaak ook beweiding. Het onderscheid agrarisch of niet kan daarbij worden losgelaten. Het doet er niet toe. Het gaat om de impact van die activiteiten als geheel op de fysieke leefomgeving. Of er nu paarden worden gefokt of gehouden, er zal voor al die activiteiten mestopslag nodig zijn. Dat als geheel moet beoordeeld worden door de gemeente bij de toedeling van functies in het omgevingsplan. Of het agrarisch is of niet doet er niet toe voor het omgevingsplan. Hopelijk leidt deze bredere scope tot een einde aan de vele discussies tussen gemeenten en initiatiefnemers of een plan nu wel of niet een agrarisch bedrijf is.
Neem begrippen niet zo maar over uit het bestemmingsplan – Het loslaten van het onderscheid tussen ‘agrarisch’ of ‘niet-agrarisch’ past ook goed bij het uitgangspunt van het Rijk om terughoudend te zijn bij het opnemen van begrippen in het omgevingsplan. Neem deze niet zo maar over van het bestemmingsplan. Kijk er kritisch naar en vraag je af wat er gebeurt als je deze niet opneemt. Begrippen moeten ondersteunend zijn voor de leesbaarheid of uitvoerbaarheid van de regels. Niet knellend. (paarden in omgevingsplan)
Neem voor meer informatie contact met ons op.