Handreikingen omgevingsplan overslaan?

Er zijn heel veel handreikingen of handleidingen over het omgevingsplan in omloop. En ook over de Omgevingswet. Allemaal heel goed bedoeld, daar ben ik van overtuigd. Ze zijn alleen geschreven op een heel abstract en veilig niveau. Het is bedacht vanachter het bureau en het schept het ideale plaatje. De praktijk van het opstellen van een omgevingsplan is echt heel anders.

Als je de handleidingen doorleest denk je: ‘Ja, daar zit wat in. Klinkt logisch’. Als je concreet met een casco aan de slag gaat kom je er al snel achter dat het zo niet werkt. Dé aanpak bestaat namelijk niet. De Quick Fix ook niet. Je zult als jurist of planoloog zelf ook moeite moeten doen om de opbouw van een omgevingsplan te begrijpen.

Sommige omgevingsdiensten hebben voor gemeenten de Bruidsschat doorgenomen en een selectie gemaakt van artikelen uit de Bruidsschat die mee kunnen naar het nieuwe omgevingsplan. Mooi hulpmiddel, lees het door, maar neem niet alles klakkeloos over. Besef dat medewerkers van omgevingsdiensten specialistische kennis hebben van milieu-onderwerpen, maar niet van ruimtelijke plannen. Dat is een ander vak en heeft een andere taal.

Het stapelen van alle onderliggende lagen van de fysieke leefomgeving en het daaraan koppelen van werkingsgebieden is lastig voor te stellen. Integraal denken klinkt goed, maar het is voor iedereen nieuw en moeilijk in de praktijk.

Begin met een gemeenschappelijke taal. Dat is al lastig genoeg als je aan tafel zit met collega’s van milieu, ruimtelijke ordening en beleid. Je merkt al snel dat je langs elkaar heen praat. Iedereen spreekt z’n eigen taal en heeft een eigen perceptie van het omgevingsplan.

Wat bij ons heeft geholpen en wat we nog steeds toepassen in overleggen is kalkpapier. Huh? In dit digitale tijdperk? Ja, ordinair kalkpapier dat stedenbouwkundigen gebruiken met stiften. Pak een fysieke kaart van de gemeente – meestal ligt er bij de receptie van de gemeente wel ergens een kaartje van de gemeente – en ga eens een gebied overtrekken. Begin met een klein gebied. Leg het getekende gebied op tafel en gebruik dit als praatstuk. Wat zegt de Omgevingsvisie over dit gebied? Schrijf op. Welke milieuregels gelden voor dit gebied? Schrijf het op. Welk beleid geldt er? Doe dit quick and dirty. Verfijnen komt later.

Deze stukken – kaartje, kalkpapier en A4-tje – gebruik je bij elk overleg als basis. Dit doe je ook met het maken van regels. De regels kun je er als bijlage onder ‘hangen’. Zo komt het concreter over en maak je er iets gemeenschappelijks van. Zet dit eens in de software voor het omgevingsplan. Zo bereik je een wisselwerking tussen de fysieke en digitale wereld. Je kunt het steeds verder uitbreiden. Het is heel simpel, maar het werkt echt. Begin klein.

Wil je verder op weg geholpen worden? Kijk dan eens naar ons modulaire casco-omgevingsplan op maat.

handreikingen omgevingsplan