• uitgaan van representatieve, normale wijze van toepassen van warmtepompen
  • afwegen in kader van goed woon- en leefklimaat
  • geldt ook bij afweging besluitvorming omgevingsplan

Een gemeente heeft een bestemmingsplan vastgesteld voor de transformatie van een gemeentehuis naar woningen. De verwarming en het warmtapwater zal plaatsvinden via een waterpomp. Omwonenden zijn hier niet blij mee en zijn in beroep gegaan tegen het vastgestelde bestemmingsplan. Deze uitspraak is hier opgenomen omdat deze jurisprudentie ook zal gelden bij de besluitvorming van het omgevingsplan in het kader van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving. Het woon- en leefklimaat van omwonenden is hier onderdeel van.

“De Afdeling stelt voorop dat de raad zich in het kader van een goede ruimtelijke ordening ervan dient te vergewissen dat de planologisch voorziene ontwikkeling geen onaanvaardbare gevolgen heeft voor het akoestisch woon- en leefklimaat van omwonenden. Cumulatie van geluidbelasting van verschillende geluidsbronnen dient bij die beoordeling te worden betrokken. (…) Ten aanzien van het geluid afkomstig van warmtepompen heeft de raad onder verwijzing naar artikel 3.8, tweede lid van het Bouwbesluit 2012, slechts ziet op één enkele warmtepomp en geen rekening houdt met de cumulatie van meerdere installaties in elkaars nabijheid. De raad had moeten nagaan of de geluidbelasting die een gevolg is van de toepassing van warmtepompen voor een appartementsgebouw in overeenstemming is met een goed woon- en leefklimaat. Daarbij kan worden uitgegaan van een representatieve, normale wijze van toepassen van warmtepompen. Dat is niet gedaan.” Lees meer in r.o. 5.2.1 van uitspraak ABRS 4 augustus 2021, no. 202004049/1/R1